Binnen het boekhouden geeft een balans de bezittingen en verplichtingen weer. Hierbij gaat het om een momentopname van een bepaald moment. Dit is een belangrijk verschil met de winst- en verliesrekening, welke over een bepaalde periode wordt opgesteld.
Een balans bestaat uit twee zijden, waar alle grootboekrekeningen van de balans worden weergegeven. Aan de linkerzijde, de debetzijde, vind je de bezittingen. Aan de rechterzijde, de creditzijde, staan de schulden en het eigen vermogen.
Een ander elementair beginsel is dat er altijd sprake dient te zijn van evenwicht. Het totaal van de debetzijde dient gelijk te zijn aan de creditzijde. Vaak wordt er hierbij ook gesproken van activa en passiva. Indien die niet het geval is, dan is er per definities sprake van een fout.
Beginbalans, openingsbalans startbalans
De term beginbalans refereert naar de balans aan het begin van het jaar. Hier wordt ook vaak de term openingsbalans, of startbalans voor gehanteerd. Normaal gesproken dient het vermogen aan het begin van de periode gelijk te zijn aan het vermogen van het einde van het voorgaande boekjaar. Slechts bij uitzondering zal hier sprake zijn van een afwijking.
Activa
De activa zijn bezittingen zoals voorraden, inventaris, machines, gebouwen etc. Om alle bezittingen overzichtelijk weer te geven, worden deze normaal gesproken van minst liquide naar meest liquide weergegeven.
Vaste activa
Bij de vaste activa wordt er weer onderscheid gemaakt tussen immateriële en materiële vaste activa. Onder immateriële vaste activa wordt bijvoorbeeld betaalde goodwill of patenten opgenomen.
Materiële vaste activa heeft betrekking op gebouwen, machines en bedrijfsinventaris.
Vlottende activa
Debiteuren, voorraden, overige vorderingen en liquide middelen zijn de belangrijkste posten binnen de categorie vlottende activa. Onder overige vorderingen kan bijvoorbeeld een bonus behoren, die je nog van een leverancier tegoed hebt.
Passiva
Tot de passiva behoort het eigen vermogen en de schulden. Het geeft weer hoe de onderneming is gefinancierd.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen valt uiteen in verschillende categorieën. Bij een BV of NV zal er sprake zijn van aandelenkapitaal en eventueel een agioreserve. Daarnaast maken winstreserve, de niet uitgekeerde winst, onderdeel uit van het eigen vermogen. Tenslotte zijn er nog een aantal wettelijke reserves, die tot het eigen vermogen worden gerekend.
Langlopende schulden
Een schuld wordt als langlopend beschouwd, wanneer de looptijd langer dan een jaar is. Hierdoor kan het voorkomen dat je een lening dient op te splitsen. Het bedrag wat een looptijd heeft van langer dan 1 jaar wordt dan opgenomen onder langlopend en het overie gedeelte wordt als kortlopend beschouwd.
Kortlopend vreemd vermogen
Hiertoe behoren de crediteuren. Deze dien je doorgaans binnen een jaar te betalen. Er wordt daarom dan ook vaak over kortlopende schulden of kort vreemd vermogen gesproken. Daarnaast vallen ook de te betalen belastingen in deze categorie.
Doordat je deze schulden op korte termijn dient te betalen, spelen deze een belangrijke rol bij de liquiditeitsplanning.
De kolommenbalans
Binnen het boekhouden kom je ook regelmatig de term kolommenbalans tegen. Dit is in mijn opinie soms een beetje verwarrend. Een kolommenbalans geeft alle grootboekrekening weer, inclusief de grootboekrekeningen van de winst en verliesrekening. Vervolgens wordt dit overzicht dan verder uitgewerkt, naar een winst- en verliesrekening en de balans.
Een balans opstellen
Door het gebruik van een boekhoudprogramma hoef je eigenlijk zelf geen balans op te stellen. Het is namelijk de uitkomst van alle transacties die je via het boekhoudprogramma hebt verwerkt.
Wel dien je aan het einde van de periode vaak nog een aantal handelingen uit te voeren. Bijvoorbeeld het verwerken van de afschrijvingen en het juist bereken van de benodigde voorzieningen op de balans.
Voorbeeld van een balans
Onderstaand een balans voorbeeld, zoals deze in Nederland standaard wordt gebruikt.